Art.1. De meerjarenplanaanpassing 5 2020-2025 bestaande uit de strategische nota, het financieel doelstellingenplan (M1) en de staat van het financieel evenwicht (M2) zoals vastgesteld in de raad van 18 december 2023 wordt ingetrokken.
Art.2. Dit besluit wordt bekendgemaakt conform de voorschriften.
Art.1. Het meerjarenplanaanpassing 5 2020-2025 deel OCMW bestaande uit de strategische nota, het financieel doelstellingenplan (M1) en de staat van het financieel evenwicht (M2) zoals vastgesteld in de raad van 18 december 2023 wordt ingetrokken.
Art.2. Dit besluit wordt bekendgemaakt conform de voorschriften.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2019 tot uitvoering van artikel 190 van het decreet van 8 juni 2018 houdende de aanpassing van de decreten aan de verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming).
Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale [en de provinciale] besturen, het laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 7 september 2018 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningen-stelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale [en de provinciale (ing. MB 12 september 2018, art. 1, I: 1 januari 2020)] besturen, het laatst gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 september 2018 tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Gezamenlijk beschikbaar budgettair resultaat en autofinancieringsmarge is positief in 2026.
Art.1. Het meerjarenplan 5-2020-2025: boekjaar 2023 bestaande uit de strategische nota, het financieel doelstellingenplan (M1) en de staat van het financieel evenwicht (M2) wordt vastgesteld.
Art.2. De kredieten van de gemeente voor het boekjaar 2024 (M3) worden vastgesteld.
Uitgaven | Ontvangsten | |
- Gemeente | ||
Exploitatie | 9.884.622 | 12.225.605 |
Investeringen | 2.330.408 | 25.921 |
Financiering | 739.896 | 490.378 |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2019 tot uitvoering van artikel 190 van het decreet van 8 juni 2018 houdende de aanpassing van de decreten aan de verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming).
Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale [en de provinciale] besturen, het laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 7 september 2018 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningen-stelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale [en de provinciale (ing. MB 12 september 2018, art. 1, I: 1 januari 2020)] besturen, het laatst gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 september 2018 tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Gezamenlijk beschikbaar budgettair resultaat en autofinancieringsmarge is positief in 2026.
Art.1. Het meerjarenplan 5 2020-2025 deel OCMW bestaande uit de strategische nota, het financieel doelstellingenplan (M1) en de staat van het financieel evenwicht (M2) wordt goedgekeurd.
Art.2. De kredieten van het OCMW voor het boekjaar 2024 (M3) worden goedgekeurd.
- OCMW | Uitgaven | Ontvangsten |
Exploitatie | 8.532.810 | 7.435.211 |
Investeringen | 85.000 | 452.043 |
Financiering | 736.666 | 1.000.000 |
Artikel 173, van de Grondwet;
Artikel 40, §3, van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Artikel 21, eerste lid, van het Decreet van 22 december 2023 over het Vastgoedinformatieplatform;
Artikelen 5.2.1, 5.2.5, 5.2.6 en 5.2.7 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente en de noodzaak om het budget in evenwicht te houden.
Het Vastgoedinformatieplatform wordt beheerd door het Vlaams Datanutsbedrijf (ook “Athumi” genoemd) zoals geregeld in het Decreet van 22 december 2023 over het Vastgoedinformatieplatform. De gemeente kan via het Vastgoedinformatieplatform de door aanvragers aangevraagde vastgoedinformatie verzamelen in een product en dit product met vastgoedinformatie kan ontsluiten. Het verzamelen en ontsluiten, via het Vastgoedinformatieplatform, van vastgoedinformatie en het samenvoegen van deze vastgoedinformatie in een product, op verzoek van aanvragers voor de gemeente brengt een administratieve last en bijhorende kost met zich mee. De gemeente wenst de kost voor het ontsluiten, samenvoegen en ter beschikking stellen van vastgoedinformatie via producten op de aanvrager ervan te verhalen.
Postief advies van de DPO.
Art.1 Definities
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
1° vastgoedinformatie: gebouw-, grond- of omgevingsgebonden gegevens inzake een onroerend goed, inclusief informatie met betrekking tot het juridische, administratieve of fysieke statuut van dit onroerend goed;
2° lokale gegevensbron: vastgoedinformatie die een gemeente of de rechtspersonen die ervan afhangen, beheert;
3° centrale gegevensbron: vastgoedinformatie die een Vlaamse instantie of een externe overheid beheert;
4° Vastgoedinformatieplatform of VIP: elektronisch informatiesysteem om vastgoedinformatie te ontsluiten, samen te voegen en ter beschikking te stellen;
5° product: een welbepaalde combinatie van vastgoedinformatie over één perceel, of een onderdeel ervan, die vooraf door het Vlaams Datanutsbedrijf is vastgelegd, die op aanvraag wordt ontsloten door de aanleverende entiteiten, vermeld in het VIP-decreet in artikel 10, eerste tot en met derde lid, die wordt samengevoegd via het VIP, en die ter beschikking wordt gesteld aan de aanvrager via het VIP;
6° externe overheid: overheidsinstanties, vermeld in artikel I.3, 8° van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
7° Vlaamse instantie: een Vlaamse instantie als vermeld in artikel 2, 14°, van het decreet van 2 december 2022 houdende machtiging tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaams Datanutsbedrijf in de vorm van een naamloze vennootschap;
8° aanvrager: een professionele aanvrager (zoals vermeld in artikel 2, 18° van het VIP-decreet) of een burger (zoals vermeld in artikel 2, 7° van het VIP-decreet) of zijn vertegenwoordiger die een aanvraag indient via het VIP;
9° algemene verordening gegevensbescherming: Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;
10° persoonsgegevens: de gegevens, vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming;
11° verwerking: een verwerking als vermeld in artikel 4, 2), van de algemene verordening gegevensbescherming;
12° verwerkingsverantwoordelijke: een verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van de algemene verordening gegevensbescherming;
13° betrokkene: een betrokkene als vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming;
14° VIP-decreet: decreet van 22 december 2023 over het Vastgoedinformatieplatform;
15° gemeentelijke bronretributie: de retributie die de aanvrager verschuldigd is aan een lokaal bestuur voor het ontsluiten, samenvoegen en ter beschikking stellen van vastgoedinformatie in een product;
Art.2. Algemeen
De aanvrager dient elektronisch een aanvraag in bij Athumi om een product via het Vastgoedinformatieplatform te ontvangen. Athumi ontvangt op elektronische wijze de vastgoedinformatie van de aanleverende entiteiten (de lokale gegevensbronnen en de centrale gegevensbronnen). De relevante vastgoedinformatie per perceel, of een onderdeel daarvan, wordt automatisch opgeladen in een product in het VIP of wordt door de aanleverende entiteiten aan het VIP bezorgd. Athumi en de gemeente stellen het product via het VIP ter beschikking aan de aanvrager.
In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van een product, verwerkt de gemeente die persoonsgegevens met als doeleinde om het product ter beschikking te kunnen stellen aan de aanvragers in het kader van hun beroepsactiviteiten of in het kader van één van de doelstellingen opgesomd in artikel 6 van het VIP-decreet.
Voor alle aanvragen die via het VIP verlopen, wordt ten voordele van gemeente Lichtervelde een gemeentelijke bronretributie geheven op aanvragen tot het verkrijgen van een product met vastgoedinformatie uit een lokale gegevensbron.
Art.3. Aanvrager van vastgoedinformatie
Alle aanvragen van producten, zoals vermeld in artikel 7 van het VIP-decreet, worden geacht via het VIP te verlopen. Het verplicht gebruik van het Vastgoedinformatieplatform wordt voor producten met vastgoedinformatie uit een lokale gegevensbron geregeld in het VIP-decreet.
Een oplijsting van alle organisaties die als aanvrager toegang krijgen tot het Vastgoedinformatieplatform voor aanvragen van producten wordt door Athumi ter beschikking gesteld op de website van Athumi[1].
De gemeentelijke bronretributie is, overeenkomstig artikel 21 van het VIP-decreet, verschuldigd door de aanvrager. Van zodra het VIP-decreet in werking treedt is eveneens de platformretributie in de zin van artikel 2, 15°, en 19, eerste lid, 1°, van het VIP-decreet verschuldigd door de aanvrager.
Dezelfde instanties die overeenkomstig artikel 23, §3, van het VIP-decreet zijn vrijgesteld van de platformretributie in de zin van artikel 2, 15°, en 19, eerste lid, 1°, van het VIP-decreet worden vrijgesteld van de betaling van gemeentelijke bronretributie. Het gaat in concreto over deze organisaties:
Het bedrag van de gemeentelijke bronretributie wordt vastgelegd als volgt:
Voorwerp aanvraag |
Retributiebedrag per kadastraal perceel |
Product Vastgoedinlichtingen, zoals vermeld in hoofdstuk 8 van het VIP-decreet |
75 EUR |
Een aanvrager dient slechts éénmaal de retributieprijs voor een aanvraag te betalen per groep van 5 kadastrale percelen op voorwaarde dat:
Daarbovenop komt het bedrag van de platformretributie of platformvergoeding zoals vastgelegd in het VIP-decreet.
Art.5. Inning
Athumi int de gemeentelijke bronretributie conform artikel 21 van het VIP-decreet via het VIP in naam en voor rekening van de lokale overheden. De bronretributie wordt periodiek (maandelijks) integraal doorgestort aan de gemeente voor alle aangevraagde producten.
Art.6. Verwerking van persoonsgegevens
§1. In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van de ontsluiting, samenvoeging en ter beschikkingstelling van vastgoedinformatie in een product, treden de gemeente Lichtervelde en Athumi voor de doeleinden omschreven in artikel 2 op als gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken.
Athumi treedt op als verwerker voor de gemeente Lichtervelde wat betreft de verwerkingsactiviteiten die plaatsvinden in het kader van de heffing en de inning van de gemeentelijke bronretributie via het Vastgoedinformatieplatform.
De afspraken rond en de modaliteiten van de verwerkingen die de gemeente Lichtervelde en Athumi uitvoeren als gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken respectievelijk als verwerkingsverantwoordelijke en verwerker zijn geregeld in de Toetredingsovereenkomst die te vinden is als bijlage.
Art.7. Ondertekening
De vastgoedinformatie in het product die de gemeente Lichtervelde via het Vastgoedinformatieplatform ter beschikking stelt, wordt niet ondertekend aangezien het product een louter informatief document betreft dat geen beleidsmatige stellingname inhoudt en niet kwalificeert als stuk of briefwisseling in de zin van artikel 279 van het Decreet lokaal bestuur.
Art.8. Vervanging voorgaande reglementering
Dit reglement vervangt vanaf 1 januari 2024 alle retributiereglementen die betrekking hebben op aanvragen van producten, die kunnen worden aangevraagd via het Vastgoedinformatieplatform.
Art.9. Bekendmaking
Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Art.10. Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op de datum van inwerkingtreding van het VIP-decreet.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
In het kader van de opdracht “Aanleg tweesporenpad Molenbinnenweg” werd een bestek met nr. 532 opgesteld door de ontwerper.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 131.995,86 excl. btw of € 159.714,99 incl. 21% btw (€ 27.719,13 btw).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art.1. Het bestek met nr. 532 en de raming voor de opdracht “Aanleg tweesporenpad Molenbinnenweg”, opgesteld door de ontwerper worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 131.995,86 excl. btw of € 159.714,99 incl. 21% btw (€ 27.719,13 btw medecontractant).
Art.2. Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art.3. De uitgave voor deze opdracht is voorzien in 2024
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009, artikel 5.6.8, § 1, tweede lid, en § 2, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 8 december 2017;
Het besluit van de Vlaamse Regering van 15 juni 2018 houdende nadere regels voor de aanduiding van watergevoelige openruimtegebieden; - het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, artikel 1.3.1.1, §1, eerste lid, gewijzigd bij het decreet van 24 juni 2022;
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, gewijzigd bij het besluit van 25 november 2022.
Op 13 oktober 2023 besliste de Vlaamse Regering om volgende 20 gebieden in West-Vlaanderen voorlopig aan te duiden als watergevoelig openruimtegebied. Van 5 december 2023 t.e.m. 2 februari 2024 liggen de voorlopige aanduidingen in openbaar onderzoek.
Het gemeentelijk hemelwaterplan zoals goedgekeurd in de zitting van de gemeenteraad van 24 juni 2019
Een aanduiding als watergevoelig openruimtegebied heeft als gevolg dat de huidige bestemming van het gebied (woongebied, industriegebied, ...) niet meer gerealiseerd kan worden. In deze gebieden kunnen dus geen vergunningen meer verleend worden voor bijvoorbeeld nieuwe woningen of bedrijven.
In de plaats krijgt het gebied de bestemming van de bij decreet vastgelegde stedenbouwkundige voorschriften voor watergevoelig openruimtegebied (artikel 5.6.8 §3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening). De aanduiding als watergevoelig openruimtegebied wordt voorafgegaan door een openbaar onderzoek.
Binnen watergevoelige openruimtegebieden zijn waterbeheer, natuurbehoud, bosbouw, landschapszorg, landbouw en recreatie mogelijke functies. Kleinschalige infrastructuur voor recreatie of in functie van de openruimtefuncties blijft mogelijk.
Onbebouwde delen van verkavelingen die binnen een watergevoelig openruimtegebied liggen vervallen door de aanduiding als watergevoelig openruimtegebied en kunnen dus niet meer bebouwd worden. Ook principiële akkoorden worden opgeheven. De gekende verkavelingen staan aangeduid op de plannen van de voorlopige aanduiding.
Bestaande constructies binnen een watergevoelig openruimtegebied kunnen behouden blijven, maar hierop worden de zonevreemde basisrechten van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van toepassing.
Binnen watergevoelige openruimtegebieden gelden geen beperkingen op landbouwgebruik. De gebieden bieden ook kansen voor groenblauwe dooradering of bebossing.
Het actiepunt 10 in het hemelwaterplan, de realisatie buffer Signaalgebied Molenlaan Margarethalaan, zoals goedgekeurd in de zitting van de gemeenteraad 24 juni 2016, is in overeenstemming met de mogelijkheden die dit gebied nog heeft na deze wijziging. De toekomstvisie van de gemeente voor dit gebied worden niet verstoord
Er bestaat op heden een conflict tussen de bestemming en het watersysteem waardoor rekening houdend met de vereisten op vlak van waterhuishouding bouwen in deze zone praktisch niet uitvoerbaar is en ook niet gunstig kan geadviseerd worden. Het onmogelijk maken van de deze zone voor een harde bestemming wordt als gunstig geëvalueerd
Het aangeduide gebied is op heden ingekleurd als woongebied en is opgenomen in het BPA Koolskampstraat. De bestemming in het BPA was eveneens voornamelijk als groen ingekleurd
In het besluit van de Vlaamse regering is het onduidelijk in welke mate de aanduiding een effect heeft op ruimtelijke initiatieven buiten deze zone. De vraag stelt zich in welke mate deze ingekleurde oppervlakte bij toekomstige RUP’s nog kunnen gebruikt worden om elders bestemmingen van gronden te wijzigen
Samenvatting:
Het besluit is in overeenstemming met de gemeentelijke bestemming en plannen voor het gebied.
Enig artikel – De gemeenteraad verleent gunstig advies op de voorlopige aanduiding van het watergevoelig openruimtegebied ‘Molenlaan Margarethalaan’
Codex welzijn op het werk, boek VIII, titel 2, artikel VIII.2-5
Besproken in BOC van 20 december 2023
Besproken in MAT van 30 november 2023
Besproken in CBS van 20 november 2023
Art.1. De Raad verleent zijn goedkeuring aan onderstaande procedure en reglement voor de gedeeltelijke terugbetaling van een beeldschermbril:
Toepassingsgebied:
Onderstaand reglement is van toepassing voor werknemers, zowel gemeente- als OCMW-personeel, die gewoonlijk en gedurende een aanzienlijk deel van hun normale werktijd gebruik maken van een beeldschermapparaat (min. 4 uur per dag) en waarbij dat een normaal correctiemiddel (vb. gewone bril, leesbril,...) de uitoefening van werk op een beeldscherm niet mogelijk maakt.
Aanvraag procedure:
Om in aanmerking te komen voor een gedeeltelijke terugbetaling van een beeldschermbril (degressieve glazen - degressieve brillen, ook wel computerbrillen genaamd, zijn speciaal ontworpen voor het werken achter de computer. Deze lenzen optimaliseren het lezen en schrijven en behouden een duidelijk zicht van uw omgeving) moet onderstaande werkwijze worden gevolgd:
- De beeldschermwerker meldt het probleem (aan diensthoofd, directeur,...)
- Het diensthoofd, de directeur,... brengt de interne preventieadviseur op de hoogte van deze aanvraag
- Als de beeldschermwerken blijvend last heeft bij werken aan een beeldscherm, dan vraagt hij/zij een raadpleging aan bij de arbeidsgeneesheer
- Tijdens het medisch onderzoek van de arbeidsgeneesheer wordt een gepast onderzoek van de ogen en het gezichtsvermogen uitgevoerd.
- Na het medisch onderzoek bij de arbeidsgeneesheer wordt de interne preventieadviseur op de hoogte gebracht. Die brengt op zijn/haar beurt het College van Burgemeester en Schepenen op de hoogte.
- Met dit resultaat van het medisch onderzoek van de arbeidsgeneesheer kan het personeelslid een afspraak maken bij een oogarts. De oogarts bepaalt de benodigde correctie per oog, de oogarts stelt een voorschrift op voor de aanschaf van een beeldschermbril. De consultatie van de oogarts is ten laste van de werknemer.
- Het personeelslid gaat met het voorschrift bij een opticien langs voor aankoop van een beeldschermbril
- De factuur, samen met de attesten van arbeidsgeneesheer en oogarts, worden voorgelegd aan de interne preventieadviseur.
Bijkomende voorwaarden:
- Indien de oogarts of arbeidsarts bij een later onderzoek vaststelt dat een nieuwe correctie noodzakelijk is, zullen enkel de gecorrigeerde glazen terugbetaald worden. Er kan pas om de 5 jaar een nieuwe tegemoetkoming aangevraagd worden.
- De beeldschermwerkbril dient enkel en alleen te worden gebruikt op de arbeidsplaats, in het kader van thuiswerk kan men hier op een uitzondering toekennen.
- De werknemer is zelf verantwoordelijk voor de veilige bewaring en het onderhoud van de bril. Bij verlies en beschadiging moet men de preventieadviseur meteen op de hoogte brengen. Bij verlies kan men pas 3 jaar na aangifte een nieuwe procedure opstarten. Bij beschadiging tijdens de werkuren waarbij geen tussenkomst is van de arbeidsongevallenverzekering, is er een maximale tussenkomst van 100 euro door de werkgever.
Vergoeding:
De brilglazen die in aanmerking komen voor terugbetaling door de werkgever zijn uitsluitend:
- De monofocale - intermediaire visus
- De bifocalen dichtbij visus - intermediair
- De bifocalen veraf visus - intermediair
- Progressieve glazen met verbrede zone voor intermediaire visus.
De werkgever voorziet onderstaande tegemoetkoming:
- Brilmontuur: maximaal 100 euro.
- Glazen: maximaal 50 euro per glas.
De werkgever komt enkel tussen bij standaard kwaliteit van de glazen. Met andere woorden is er geen terugbetaling voor opties zoals verharde glazen, ontspiegeling enzovoort.
Indien de oogarts of de arbeidsarts bij een later onderzoek vaststelt dat een nieuwe correctie noodzakelijk is, zullen enkel de gecorrigeerde glazen terugbetaald worden onder dezelfde voorwaarden als hierboven omschreven.
Art.2. Dit besluit wordt bekendgemaakt.
1. Raadslid Deklerck vraagt naar de cijfers over de uitbouw van de gemeentelijke loods, zoals besproken bij de bespreking van het budget.
Schepen Steven Kindt verwijst naar de cijfers in het beleidsplan. De cijfers van 2023 en 2024 moeten samen geteld worden.
Er is al een opdracht gegund voor de eerste fase, zo'n 330.000€, waar er maar 175.000€ was voorzien. Door de vertraging, wegens het beroep tegen de omgevingsvergunning, en het voorzien van een groendak is die kost zo gestegen.
De raming voor de nieuwbouw is 637.000€, zoals in de Gemeenteraad van 27 mei 2023 besproken. Dit is wel nog geen aanbestedingsprijs. Daarbovenop was er nog 50.000€ voorzien voor de technieken, die er oorspronkelijk was uitgehaald. Er zijn nu ook zonnepanelen voorzien. Het totale plaatje is dus zo'n 1.000.000€
2. Raadslid Vandekerckhove verwijst naar de dienstverlening van de lijn. Er zijn nogal wat haltes verdwenen of omgezet in flexhaltes. Er zijn veel reacties. Hoe zal het College dit evalueren. O.a OptimaT en de site Van Coillie zijn getroffen.
Schepen Steven Bogaert antwoordt dat dit zal gebeuren in samenspraak met de Lijn, die reeds een uitnodiging uitstuurde voor een evaluatie. Er was alleen een melding van OptimaT, maar De Lijn heeft dit ondertussen reeds opgelost. Mensen die problemen hebben, kunnen dit zeker doorgeven. Het College stelde brochures ter beschikking en ook via onze andere kanalen wordt dit verspreid. De meldingen kunnen via diverse kanalen worden bezorgd.
3. Raadslid Vandenbussche vraagt naar de dienstverlening van de NMBS voor het station, die vanaf 1 maart nogmaals wordt terug geschroefd. Er is geen mens meer aanwezig in het station. Dit komt ook de veiligheid niet ten goede. We zijn wel het vierde grootste station van West-Vlaanderen. Nu worden de loketten ook de zaterdag gesloten, en 4 uur minder tijdens de dag.
De Burgemeester antwoordt dat de NMBS vorige week mailde. Dit is vannamiddag besproken in het College. We zullen zeker onze verontwaardiging uitdrukken. Het station wordt een lang weekend aan zijn lot overgelaten. Niet alleen het loket gaat toe, maar ook de andere moderniseringen laten op zich wachten, zoals verhoogde perrons, toegankelijkheid en service. We gaan dit ook voorleggen aan de seniorenadviesraad.
De volledige gemeenteraad staat achter deze verontwaardiging en wil duidelijk maken dat dit er wel over is.
4. Raadslid Ghesquière vraagt naar de stand van zaken van het zorgparkeren.
Schepen Steven Bogaert antwoordt dat dit onderzocht is. De betrokkenen zijn ook bevraagd. Momenteel is er geen probleem en ook geen nood.
5. Raadslid Ghesquière vraagt naar de stand van zaken van de aanwerving van een ambulancier.
De Burgemeester antwoordt dat zaterdag en volgende week de laatste proeven worden afgenomen. Er is ook nog overleg met de zone bezig.
6. Raadslid Ghesquière vraagt naar het strooiplan. En moet er niet meer voor fietsers gestrooid worden. Er wordt in Lichtervelde in tegenstelling tot de buurgemeenten zeer weinig gedaan voor de mensen te lande.
Schepen Steven Kindt verwijst naar de website waar het haalbaar strooiplan. Het is een bewuste keuze dit zo te doen en beperkt te strooien.
Afsluitend deelt de voorzitter mee dat de volgende bijeenkomst plaats vindt op 26 februari 2024, om 20u00.
Namens Gemeenteraad,
Ivan Vandenbussche
Algemeen Directeur
Ria Beeusaert-Pattyn
Burgemeester-voorzitter